Geschiedenis

 

Bruggen slaan tussen parlement en wetenschap

“Bij fact free politics is niemand gebaat. Om bruggen te slaan over de kolkende grensrivier tussen deze twee werelden zijn stevige bruggenhoofden nodig met een diepe kennisfundering. Dat vergt van politici begrip van de werking en de natuurlijke grenzen van de wetenschap, en een goed begrip van de intrinsieke onzekerheden. Politici moeten leren 100 procent vertrouwen te kunnen hebben in onderzoekers die zeggen dat ze iets voor 50 procent zeker weten. Onderzoekers, op hun beurt, moeten zich realiseren hoezeer politici onder druk staan om keuzen te maken en beslissingen te nemen op basis van soms zeer beperkte informatie en een globale onderbouwing. Hier staan beroepstwijfelaars tegenover beroepsstellingnemers.”

(KNAW-president Robbert Dijkgraaf bij de start van de pilot Parlement & Wetenschap, november 2011)

Aanleiding voor het samenwerkingsverband Parlement & Wetenschap was de wens van de Tweede Kamer om haar kennispositie te versterken, verwoord in het rapport Vertrouwen en zelfvertrouwen uit november 2009. De wetenschapsorganisaties reiken wetenschappelijke kennis op het juiste moment en in de juiste vorm aan de Tweede Kamercommissies aan.
De samenwerking startte in 2011 met een pilotfase, werd in 2014 geformaliseerd en in 2019 geïntensiveerd. Sinds 1 januari 2019 is er een fulltime liaison Parlement & Wetenschap die – met ruggensteun van de wetenschapsorganisaties – intensief samenwerkt met medewerkers van de Dienst Analyse en Onderzoek, zoals de kenniscoördinatoren.

Pilotfase: 2011 – 2014

In november 2011 startte de pilot Parlement en Wetenschap. Doel was het verkennen van manieren om wetenschappelijke informatie een plaats te geven in het parlementaire proces. Twee Vaste Kamercommissies testten zes instrumenten. De pilot kreeg door tussentijdse Tweede Kamerverkiezingen in 2012 een langere looptijd dan gepland. Drie instrumenten bleken succesvol: de netwerkverkenning, de wetenschappelijke factsheet en de ontbijtbijeenkomst.

Op 1 oktober 2014 ondertekenden vijf voorzitters in de Rooksalon het Convenant Parlement & Wetenschap
Op 1 oktober 2014 ondertekenden vijf voorzitters in de Rooksalon van het oude Tweede Kamergebouw het Convenant Parlement & Wetenschap

Fase I: 2014 – 2018

In 2014 werd besloten de samenwerking te bestendigen. Een feestelijke bijeenkomst op 1 oktober 2014 markeerde de officiële start. De samenwerkingsafspraken zijn vastgelegd in een convenant. Vanaf dat moment konden alle Kamercommissies gebruikmaken van de diensten van de wetenschapsorganisaties, die bij toerbeurt als loket fungeerden.

Nieuwe werkwijze Tweede Kamer

Per 1 september 2017 voerde de Tweede Kamer organisatorische wijzigingen door om haar kennispositie te versterken. Aanleiding was het rapport van de Klankbordgroep Versterking Kennis- en Onderzoeksfunctie Tweede Kamer. De Klankbordgroep bestond uit vier Kamerleden die in november 2016 het advies ‘Kennis is Macht’ uitbrachten. Kamercommissies beschikken nu over een kenniscoördinator en een informatiespecialist, gedetacheerd door de Dienst Analyse en Onderzoek. Ook stelt iedere Kamercommissie voor het nieuwe kalenderjaar een kennisagenda op, met onderwerpen waarover extra kennis moet worden vergaard, en beschikt zij over een budget voor de inkoop van kennis. Voor de wetenschapsorganisaties waren deze wijzigingen de aanleiding om hun inzet te intensiveren.

Fase III: 2019 e.v.

De wetenschapsorganisaties vergrootten hun inzet van 0,5 fte (convenant) tot 1,5 fte en stelden een fulltime ‘liaison’ Parlement & Wetenschap aan. Ook het aantal wetenschapsorganisaties is uitgebreid: begin 2019 voegde TNO zich bij de partners; begin 2020 de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU).


Na het voorzittersoverleg Parlement & Wetenschap, 6 februari 2023.
V.l.n.r: Marcel Levi (NWO), Pieter Duisenberg (UNL), Vera Bergkamp (Tweede Kamer), Chris Polman (NFU), Tjark Tjin-A-Tsoi (TNO) en Marileen Dogterom (KNAW). Ontbreekt: Marie-José van Tol (De Jonge Akademie). Fotografie: Tweede Kamer